Helden
Sterk in Genealogie
Zuid-Limburg

Start Helden Vluchtelingen Terug uit Duitsland Viering jaren '30

Omhoog


 

Aan zijne helden

Op 31 juli 1914 kondigde België de algemene mobilisatie af. Op 4 augustus 2014 zal het precies 100 jaar geleden zijn dat de Duitse troepen zonder formele oorlogsverklaring de Belgische grens overschreden.

Circa 130 tot 150 Loonse jonge mannen namen deel aan WOI. Dertien stierven tijdens de oorlog.

1 Luitenant Toudy Michel, geb. te Borgloon op 20-08-1887, ovl. te Sint-Jacobskappelle op 08-07-1917, 29 jaar, hij sneuvelde door een ontploffing van een granaat (lokaal klein munitiedepot in de voorste loopgracht), waarschijnlijk in Sint‑Jacobskappelle (ligt op 4 km ten ZW van Diksmuide) op 8 juli 1917; het overlijdensattest werd in Hoogstade opgemaakt. Daar werd hij eerst begraven; nu rust hij in het ereperk van gesneuvelden in Jette. De dienst had destijds plaats in Koekelberg. Luitenant bij het 2e Grenadiers.
Woonde rue Vanderborght 133 te Sint‑Pieters‑Jette.
Gehuwd met Peustjens Gerardina.
Zoon van Toudy Charles Guillaume (Karel) en Olislagers Philomene.

Hij staat niet in het oorlogsverslag van de pastoors van Borgloon uit 1919 maar zijn naam prijkt wel op het oorlogsmonument aldaar. Hij wordt dan, samen met 2 anderen, Bleus en Paulus, niet meer als parochiaan van Loon beschouwd aangezien hij reeds lang te Jette woonde waar zijn overlijden ook ingeschreven staat.

Hij liet een merkwaardig dagboek na dat in Flanders Fields Museum te Ieper bewaard wordt. Het dagboek begint op 1 augustus 1914 en loopt tot 3 oktober 1915. Daarna vult Michel Toudy gedurende 2 jaar en 1 maand zijn dagboek niet meer aan. Uit zijn dagboek wordt in vele historische werken geciteerd. Vooral zijn beschrijving het het spontane kerstbestand in 1914.

Van 22 tot de avond van de 25ste - 's Nachts, in de loopgraven van Diksmuide, aan de linkerzijde van de brug. In de nacht van 24 op 25. In tegenstelling tot gewoonlijk hoor je geen enkel schot. Wat gebeurt er? Zou dit het einde van de oorlog zijn? Om 23 uur horen we de Duitsers in de ruïnes van Diksmuide en in de loopgraven zingen. Ze vieren Kerstmis in onze puinen. Om middernacht, om hen te laten zien dat we nog niet ontmoedigd zijn, beginnen enkele grenadiers patriottische en kerstliederen te zingen. Deze scène duurt de hele nacht. En dan te bedenken dat er mensen zijn die dit een geweldig iets vinden. Vanaf de vroege uurtjes vraag je je af wat er gebeurt, de Duitse heren veroorloven zich om buiten hun loopgraven voor ons te komen wandelen. Als ik mijn zin kon doen, dan zouden ze daar niet lang wandelen, ik zou hun de charmes van enkele kogels uit een machinegeweer laten smaken. Maar wat wil je, al die grenadiers komen ook uit hun loopgraven en het feest begint. Zij drijven de vriendschap zover dat uitwisselingen allerhande beginnen, de moffen werpen ons pijpen, sinaasappels, chocolade enz... toe. Waarschijnlijk gestolen bij onze burgers, er zijn ezels die dom genoeg zijn die dingen te aanvaarden en hun eveneens souvenirs toe te werpen. Wat doen onze grote bazen hier aan? Ze doen niets om dit schandaal te stoppen en deze eerste stap naar de germanisering te verhinderen. Er zijn er zelfs die dit leuk vinden. Ze laten zich eveneens imponeren door enkele Duitsers die onze dierbare doden begraven die tussen hun linies en de IJzer liggen. Eigenlijk is het om te walgen, het is niet door zó te handelen, dat we allen, die ons dierbaar zijn, en die onder hun laars zitten, zullen bevrijden. Als het is om zulke domme dingen te doen dat we alles in vuur en bloed hebben laten zetten en dat we hier onze ellende door de modder slepen, awel merci! Waar gaan we heen? Overal, behalve naar Berlijn! Dit walgelijke spektakel houdt uiteindelijk op om 15 uur. 's Avonds worden we afgelost en we vertrekken voor een piket te Rabbelaar (Fortem)

Lees meer over luitenant Michel Toudy en zijn dagboek.

Foto's : http://www.bel-memorial.org/photos/TOUDY_Michel_22904.htm

2 Adjudant Alofs Maurits, geb. te Kuttekoven op 17-03-1894, ovl. te De Panne op 17-12-1916, 22 jaar, begraven op 19‑12‑1916 te Adinkerke, graf 1880, 14e Linieregiment, oorlogsvrijwilliger.
Zoon van Alofs Joseph Walthère en Wijngaard Pascaline Veronique.
 
Als kandidaat in de wijsbegeerten en letteren was hij initiatiefnemer en redacteur van het Loonse frontblaadje : De Gazet van Daai van Loun. Een blaadje gedrukt op een alcohol duplicator, vandaar de blauwe kleur van het drukwerk.

Werken in verband met Mauritz Alofs:

  • Hasselt, Rijksarchief, Manuscript van Mauritz Alofs, Hoe ik oorlogsvrijwilliger werd, Borgloon, 6 augustus – 5 november 1914.
  • C. BAILLIEN, Mauritz Alofs: de belofte van ’s-Grevenstede, Hasselt, 1963, 81 p.
3 Adjudant Verbeke Hendrik, geb. te Munkzwalm op 16-04-1896, ovl. te Eke op 10-11-1918, 25 jaar, grenadier.
Zoon van Verbeke Eduard Francies en Vanderhaegen Elisa Helena.

Merkwaardig: sinds zijn vertrek op 15‑09‑1909 naar Nivelles, Rue de Mons (college archiepiscopal?), wordt hij in de daarop volgende bevolkingsregisters (1910‑1920) van Borgloon nooit meer ingeschreven en dus staat zijn overlijden ook niet in die bevolkingsregisters. Zijn ouders wonen in 1930 nog steeds te Borgloon. Vandaar wellicht dat hij nog steeds als Lonenaar beschouwd wordt. Hij kwam als 10‑jarige knaap vanuit Turnhout te Borgloon wonen. Zijn vader was opperwachtmeester (1910), adjudant en commandant van de gendarmerie te Borgloon. Hij woonde op 04‑08‑1903 te Borgloon, Graethempoort 6.

Hij sterft op de LAATSTE DAG van de Grote Oorlog! Op 8, 9 en 10 november 1918 zijn de Grenadiers terug aan de Schelde tussen Gavere en Eke. De Duitsers, die aan de verliezende hand waren, hadden zich op het einde van de oorlog teruggetrokken achter de stroom. 21 grenadiers lieten hun leven in de nacht van 10 op 11 november te Eke. Op 11 november 1918 om 11 uur zwijgen de wapens. "Den Grooten Oorlog" is voorbij.

Uit "Historique des Régiments de Grenadiers" van E. ETIENNE en Ch. DE CROIX

11 novembre 1918

A 2 heures 45, le General LOTZ recevrait du Lieutenant-General JACQUES un ordre secret, date de 0 heure 30: "Conformément aux ordres de l'autorité supérieure, en raison du retard dans l'arrivé des munitions, les opérations prévues pour le 11 novembre seront reportées à une date ultérieure. Aucune action n'aura lieu le 11 novembre au matin. Ce retard dans l'arrivée des munitions ne trompa personne".
 
A 4 heures 40, on apprenait que le 1er Grenadiers avait capturé, au cours de la nuit, un prisonnier du 100e R.I. Saxon.
Un radio du Marechal FOCH aux Commandants et Chefs des armées ordonnait que "les hostilités seront arrêtes sur tous les fronts, le 11 novembre, à partir de 11 heures. Les troupes alliés ne dépasseront pas, jusqu'à nouvel ordre, la ligne atteinte à cette date et à cette heure".
 
Au cours de la matinée, le 1er Grenadiers portait une fraction du 1er bataillon au-delà de l'Escaut, en liaison avec la 5 D.I. française dont les éléments franchissaient le fleuve à Gavere.
Au 2e Grenadiers, les tirs d'artillerie ennemis font encore des victimes et causent la mort du premier-sergent-major DE NAEYER, du sergent QUEROMESSE et du grenadier BRANKAER de la 9e compagnie. Ces tirs cessaient vers 6 heures devant notre front. DE NAEYER et QUEROMESSE, tues le 11 novembre, quelques heures avant l'armistice, étaient deux grades magnifiques par leur entrain et leur enthousiasme. Tous deux étaient au front depuis le 1er aout 1914.
 
A 11 heures précises, un véritable feu d'artifice de fusées rouges, vertes, blanches, multicolores, partait sur toute la ligne franco-belge devant Gavere et Eke marquant ainsi l'heure ou se terminait la longue et sanglante tragédie par la victoire incontestable de nos armes.
 
Le 11 novembre, au matin, la ligne alliée en Belgique passait par le canal de Gand à Terneuzen (la ville de Gand étant à nous), l'Escaut, Semmerzake, Gavere, Munkzwalm, l'Est de Nederbrakel, Ellezeles, Frasnes-lez-Buissenal, Quest d'Ath, Blicquy, Neufmaison, Ghlin, Mons, Hyon, Harvengt, Havay, Quest de Marpont, Hestrut, Quest de Sivrey, Eppes Sauvage.
 
Depuis l'entre dans ce secteur, c'est-à-dire du 8 au 11 novembre, les pertes etaient les suivantes:
1er Grenadiers: Tués: 4; Blessés: 1 officier et 23 troupes
2e Grenadiers: Tués: 1 officier et 18 troupes; Blessés: 1 officier et 31 troupes.

4 Soldaat Bleus Walter, geb. op 13-01-1886 te Borgloon, ovl. op 11-05-1917 te Dieppe (Seine-Maritime, FR) in infirmerie van kazerne "Duquesne", 31 jaar, begraven militaire ereperk van de stedelijke begraafplaats van Dieppe (Seine‑Maritime, FR), 14e Linieregiment, 10e Cie, stamnummer 114/23240, dossier 6187739, vrijwilliger.
Zoon van Bleus Gauthier en Weerts Anne Catherine Gertrude.

Hij staat niet in het oorlogsverslag 1914‑1918, opgesteld door de pastoors van Borgloon in 1919 maar zijn naam prijkt wel op het oorlogsmonument aldaar.

Hij werd schijnbaar, samen met 2 andere Lonenaren, Paulus en Toudy, niet (meer) als parochiaan van Borgloon beschouwd. Waar dan wel parochiaan was is mij niet bekend.

Foto graf: http://www.bel-memorial.org/photos/BLUES_Walter_21941.htm

5 Soldaat Debay Arnold, geb. op 23-12-1894 te Borgloon, ovl. op 15-09-1916 te Kaaskerke, 21 jaar, begraven op de Belgische Militaire Begraafplaats van Adinkerke, graf 00464, 4e regiment Jagers te Voet.
Zoon van Debay Joseph en Raets Maria Josephina.

Foto graf: http://www.bel-memorial.org/photos_west-vlaanderen/adinkerke/cmb/DEBAY_Arnold_22911.htm

6 Soldaat Dirickx Maurits, geb. op 26-06-1893 te Borgloon, ovl. op 15-08-1914 te Loncin (fort), 21 jaar, 14e Linieregiment, stamnummer: 114/26457.
Zoon van Dirickx Alexandre Jean Antoine en Vanherck Marie Agnes Laetitia.

Lees over het Fort van Loncin waar Dirickx Maurits het leven liet op 15 augustus 1914. Op die dag raakte een 42 cm granaat van een "Dikke Bertha" de munitiekamer van Loncin. Het fort ontplofte en 350 Belgische soldaten waren op slag dood.

7 Soldaat Gilissen Jan, geb. 08-10-1888 te Borgloon, ovl. op 03-02-1917 te Sables-d'Olonne (FR), 28 jaar, 14e Linieregiment, stamboeknr. 114/23021, dossier 6250109.

Op zijn gedachtenisprentje staat "na eene langdurige ziekte overleden in Frankrijk gedurende de maand Februari 1917". Hij was met verlof te Sables‑d'Olonne en is aldaar overleden ten huize van mijnheer Henri Simons (55 jaar, livreur), zijn oom, Belgisch vluchteling bij mijnheer Mulot, Place de la Liberté op 03‑02‑1917.
Zoon van Gilissen Lambert Quintin en Bamps Catherine Elisabeth

Foto's : http://www.bel-memorial.org/photos_limburg/borgloon/GILISSEN_Pierre_Jean_22912.htm

8 Soldaat Groven Hendrik, geb. op 30-11-1892 te Groot-Loon, ovl. op 26-10-1914 te Sint-Joris (Nieuwpoort) [zijn gedachtenisprentje zegt "op het einde van 1915"], 22 jaar, zijn lichaam werd nooit teruggevonden, 14e Linieregiment.
Zoon van Groven Herman en Smets Maria Christina.
9 Soldaat Massonet Michel, geb. op 07-03-1890 te Borgloon, ovl. op 17-10-1918 te Adinkerke (hospitaal Cabour), 28 jaar, oorspronkelijke begraafplaats De Panne, graf nr. 8/14, 14e Linieregiment, 10e Cie, milicien 1910. Stamnummer: 114/24262
Hij woonde te Fize‑le‑Marsal, een straat aldaar draagt zijn naam.
Gehuwd met Streel Eva.
Zoon van Massonet Jan Baptist en Nijs Anna Margareta.

Foto : http://www.bel-memorial.org/photos_limburg/borgloon/MASSONET_Michel__6457.htm

10 Korporaal Paulus Frans, geb. op 01-12-1863 te Borgloon, ovl. op 13-01-1916 te Calais, Pas-de-Calais, FR (hospitaal), 52 jaar, oorspronkelijk begraven te Calais, Communal (FR), B.M.B. graf 0813, kleermaker-grenadier
Woonde te Brussel.
Zoon van Paulus, Bernard en Vanhove, Marguerite

Hij staat niet in het oorlogsverslag 1914‑1918, opgesteld door de pastoors van Borgloon in 1919 maar zijn naam prijkt wel op het oorlogsmonument aldaar. Hij werd schijnbaar, samen met 2 andere Lonenaren, Bleus en Toudy, niet (meer) als parochiaan van Borgloon beschouwd aangezien hij te Brussel woonde (zie hoger).

Foto graf: http://www.bel-memorial.org/photos_abroad/calais/cmb/PAULUS_Frans_22909.htm

11 Soldaat Schabergs Jozef, geb. op 11-04-1895 te Zepperen, ovl. op 27-08-1918 te Boezinge, 23 jaar, begraven te De Panne, militaire begraafplaats, graf nr. C 8. Zijn oorspronkelijke begraafplaats was te Westvleteren, begraafplaats Dozinghem, graf nr. 72., 2e regiment Karabiniers. oorlogsvrijwilliger.
Zoon van Schabergs, Josef Jacques en Goffings, Maria Catharina

Foto graf : http://www.bel-memorial.org/photos_west-vlaanderen/de_panne/cmb/SCHABERGS_Jozef_22914.htm

12 Soldaat Stevens Jan, geb. op 20-04-1884 te Borgloon, ovl. op 23-12-1918 in het hospitaal te Isleworth (graafschap Middlesex, Engeland), gestorven aan influenza, longontsteking, 34 jaar, huidige begraafplaats Richmond Cementery (GB), graf F‑1171, vestingsartillerie van Luik, klasse mil1904, stamnummer: 3233.
Zoon van Stevens Pierre François en Meekers Jeanne Christine.
13 Soldaat Teuchie Jan, geb. op 02-02-1894 te Borgloon, ovl. op 07-06-1916 te Disksmuide, 22 jaar, huidige begraafplaats Adinkerke Belgische Militaire Begraafplaats, graf 01282, 12e Linieregiment, milicien 1914, stamnummer: 112/3852. Hij woonde te Borgloon, Nerem 10.
Zoon van Teuchy, Hubert en Vanhove, Marie Victorine.

Hij staat in het oorlogsverslag 1914‑1918, opgesteld door de pastoors van Borgloon in 1919, als Jan Theuchies, "gesneuveld" en vereerd met het oorlogskruis.

Foto graf : http://www.bel-memorial.org/photos/TEUCHY_Jan_22915.htm

   
A Wij kennen nog een jongeman die sneuvelde tijdens WOI en die te Borgloon geboren werd. Hij staat echter niet op het standbeeld van Borgloon vermeld.

Depauw Willem Joseph Oscar, geboren op 24-01-1896 te Borgloon, overleden op 29-09-1918 te Passendale, 22 jaar, begraven op 30-09-1918 te Passendaele, huidige begraafplaats te Houthulst, Belgische Militaire Begraafplaats, graf S 784, adjudant, 1e Grenadiers, klasse Mil1915,  legernummer: 135/56.120,
Hij wordt niet vermeld in het oorlogsverslag 1914-1918, opgesteld door de pastoors van Borgloon in 1919. Zijn naam prijkt ook niet op het oorlogsmonument aldaar. Hij werd schijnbaar sinds lang niet meer als Lonenaar beschouwd. In de jaren na 1902 verhuisde hij met zijn ouders naar Denderleeuw. Zijn vader was rijkswachter te Borgloon en later overgeplaatst naar Denderleeuw.
Zoon van Depauw Augustinus en Schellis Gertrudis.

Zijn geboorteakte Borgloon 24 januari 1896

B Van een andere man die gestorven is voor België werd in de burgerlijke stand van Borgloon wel zijn overlijdensakte ingeschreven maar zijn naam prijkt niet op het oorlogsmonument aldaar.

Leunen Chrietien Ernest, geboren op 10‑06‑1891 te Zepperen, overleden op 21‑06‑1915 te Diksmuide/Kaaskerke op 24‑jarige leeftijd, korporaal 2de regiment Jagers te Voet
Echtg. van Bonneux Colette Marie Fanny
Zoon van Marcel Leunen en van Elise Leunen

Den 21 juni 1915 is te Dixmuyden overleden Leunen Chretien Ernest waarvan wij de akte van overlijden hebben ingeschreven in onze registers van overlijden den 7 augustus 1920 onder nr. 18. Vonnis Rechtbank te Tongeren dd. 29‑04‑1925 waarbij het overlijden van Leunen Chretien Ernest als vaststaand wordt verklaard: "que Leunen Chretien Ernest est mort pour la Belgique à Caeskerke le vingt et un juin mil neuf cent quinze".

N.B. een afschrift van deze ovl.akte staat ook in de BS, Borgloon, 1920, akte 18. Overschrijving eener overlijdensakte ontvangen door de dienst van den Burgerlijke van het Leger. "Mort pour la Patrie". Certificat de décés, colonne d'ambulance de la 5e DA. Leunen Chrétien Ernest, corporal V.d.c. 1910 au 2e chasseurs à pied, n°51285, fils de Marcel et de Leunen Elisabeth habitant Zepperen Limbourg, né le 10 juin 1891 à Zepperen Limbourg, domicilié de droit dans la commune de Zepperen Limbourg, est décédé le 21 du mois de juin 1915 à Dixmuide par suite de blessures de guerre. Inhumé à Caeskerke cimetiere militaire n°104.).

Later, in de 2de huw.akte (23‑08‑1920 Zepperen) van zijn vrouw zegt men dat hij op 21‑06‑1915 te Diksmuide overleden is.

Hij staat niet in het oorlogsverslag 1914‑1918, opgesteld door de pastoors van Borgloon in 1919. Wij mogen aannemen dat het toesturen van zijn overlijdensvonnis aan de administratie van Borgloon een vergissing was van de rechtbank. Mogelijk was de brief bestemd voor het gemeentebestuur van Zepperen. In het oorlogsverslag van de pastoor van Zepperen lezen wij zijn naam:

"Van de 40, die in het leger bleven, stierven er 7 den heldendood. Het zijn de vrijwilligers : Leemans Hubert, Vanbergen Emile, Schoofs Henri, en Wanten François, en de soldaten Leunen Ernest, Renaerts Jan en Marikas Jozef. Buntinx Joseph stierf in Duitsche ballingschap. De adjudant Billen Ernest, vrijwilliger, en de sergeant Smets René verrichten wonderen van dapperheid. Ook de overigen deden hunnen plicht en zijn eene eer voor hun dorp en hun vaderland. Of echter geloof en zeden veel gewonnen hebben bij onze soldaten, dat zullen wij moeten afwachten (Oorlogsverslag Zepperen)".

   
  Het criterium dat men destijds gebruikt heeft om de lijst "Loonse gesneuvelden" voor het monument op te stellen is onduidelijk.
  1. Wonen te Borgloon was geen criterium aangezien een aantal sinds lang niet meer te Borgloon woonden (Toudy, Paulus, Verbeke)
  2. Geboren te Borgloon is al evenmin een criterium geweest. Alofs, Verbeke, Groven en Schabergs zijn elders geboren.
  3. De lijst die pastoor en deken na de oorlog opstelden in hun verslag gold ook niet want Toudy, Bleus en Paulus werden in het verslag niet meer beschouwd als Loonse parochianen.

Het enige criterium dat volgens mij zou kunnen steek houden: "ze hebben allen hun lagere school te Borgloon doorlopen en er mogelijk hun plechtige communie gehouden".

   
  Zij keerden terug van "den Groote Oorlog".